Woordenschat Geschiedenis : คำศัพท์ ประวัติศาสตร์ ( Dutch )





aanvallen

Het leger valt de tegenstander aan.
Als je aanvalt, dan begin je met vechten.
hij valt aan
hij viel aan
hij heeft aangevallen.

bevolking, de

Nederland heeft een bevolking van 16 miljoen mensen.
De bevolking van een land zijn de mensen die in het land wonen.

bevrijden

De Amerikaanse, Canadese en Britse soldaten bevrijdden Nederland.
Als soldaten een land bevrijden, dan sturen ze een bezetter weg. Het land is opnieuw vrij.
hij bevrijdt
hij bevrijdde
hij heeft bevrijd

bezetten

Duitsland heeft Nederland bezet in mei 1940.
Als je iets bezet, dan is het niet meer vrij.
hij bezet
hij bezette
hij heeft bezet.

concentratiekamp, het

In het concentratiekamp werden veel mensen vermoord.
Een concentratiekamp is een kamp waar veel mensen gevangen zaten. Ze moesten hard werken, en veel mensen werden vermoord.

dagboek, het

Anne Frank heeft en dagboek geschreven.
Een dagboek is een boekje waarin je schrijft over wat je doet en denkt.

dijk, de

De dijken beschermen Nederland tegen het water.
Een dijk is een soort dikke muur, die het water tegen houdt. Nederland heeft veel dijken bij de zee.

droogmaken

In Nederland is veel zee drooggemaakt. Dat zijn nu de polders.
Als je het land droogmaakt, dan haal je het water weg. Het natte land wordt droog.
hij maakt droog
hij maakte droog
hij heeft drooggemaakt

duin, het

Achter de duinen zie je de zee.
Duinen zijn bergen van zand vlakbij de zee. De duinen houden het water tegen.

eeuw, de

Een eeuw geleden hadden Nederlandse vrouwen geen kiesrecht.
Een eeuw is 100 jaar.

emancipatie, de

Veel mannen en vrouwen zijn blij met de emancipatie van de vrouw.
Emancipatie is het vechten voor gelijke rechten. Een voorbeeld van emancipatie is dat vrouwen nu ook mogen stemmen, net als mannen.

gastarbeider, de

Veel gastarbeiders werkten in fabrieken en woonden in kleine kamers.
Een gastarbeider is een werknemer uit een ander land in de jaren 1960 - 1970.

gelijkheid, de

Er was langer tijd geen gelijkheid tussen man en vrouw.
Als er gelijkheid is, dan zijn er geen verschillen. Niemand wordt gediscrimineerd. Iedereen wordt hetzelfde behandeld.

geschiedenis, de

Hij weet veel over de Nederlandse geschiedenis.
De geschiedenis is alles wat vroeger is gebeurd. Bijvoorbeeld de politiek, cultuur, of economie van vroeger.

godsdienst, de

In Nederland zijn er veel verschillende godsdiensten.
Een godsdienst is een geloof, bijvoorbeeld Boeddhisme, Christendom of Islam.

Gouden Eeuw, de

In de Gouden Eeuw was Nederland rijk.
De Gouden Eeuw is de tijd van 1600-1700. Het ging toen goed met Nederland.

grens, de

Er zijn geen grenzen binnen Europa.
Een grens is een lijn tussen twee landen. Als je naar een ander land gaat, ga je over de grens.

Grondwet, de

De koning en de burgers moeten zich aan de Grondwet houden.
De Grondwet is de belangrijkste wet in Nederland. In de Grondwet staan de regels van het land en de rechten van de mensen.

handel, de

De handel in hout en graan maakte Nederland rijk.
Als je een handel hebt, dan koop en verkoop je dingen.

herdenken

We herdenken de doden uit de oorlog.
Als je iemand herdenkt, dan denk je terug aan iemand die nu dood is.
hij herdenkt
hij herdacht
hij heeft herdacht.

Holocaust, de

In de Holocaust werden miljoenen mensen vermoord.
De Holocaust is de moord op de Joden in de Tweede Wereldoorlog.

hongerwinter, de

In de hongerwinter gingen veel mensen dood van de honger.
De Hongerwinter was de winter van 1944-1945, Het was de laatste winter in de Tweede Wereldoorlog. Veel mensen gingen dood van de honger.

invloed, onder invloed staan van

Hij staat onder invloed van zijn broer.
Als je onder invloed staat van iemand, dan luister je goed naar die persoon. Die persoon heeft macht over jou. Je doet wat hij zegt.

Katholiek, katholieken

In Italië zijn heel veel katholieke kerken.
Katholieken zijn mensen met een christelijk geloof. De leider van de katholieke kerk is de Paus in Rome.

kiesrecht, het

Lange tijd hadden vrouwen geen kiesrecht.
Kiesrecht is het recht om te stemmen bij politieke verkiezingen. Een ander woord is stemrecht.

kolonie, de

Indonesië was een kolonie van Nederland.
Een kolonie is een land dat niet zelfstandig is. Een ander land heeft de macht. Het land dat de macht heeft wordt rijk door de kolonie.

landbouw, de

Steeds minder mensen werken in de landbouw.
De landbouw is het werk van boeren op het land. Zij zorgen voor bijvoorbeeld aardappelen, uien of bloemkool.

macht, de

De koning had veel macht.
Als je macht hebt, kun jij zeggen wat anderen moeten doen.

militair

Niet iedereen vindt de militaire samenwerking goed.
Een militaire samenwerking betekent dat landen elkaar helpen. De legers en de soldaten werken samen in oorlog en in tijd van vrede.

onafhankelijk

Nederland is een onafhankelijk land, dat zelf kan beslissen over wetten en regels.
Als je onafhankelijk bent, dan mag je zelf beslissen. Je hebt geen baas.

onderduiken

Joden moesten onderduiken voor de politie.
Als je moet onderduiken, dan moet je jezelf verstoppen. Iemand zoekt jou maar hij kan je niet vinden.
hij duikt onder
hij dook onder
hij is ondergedoken

overheid, de

De overheid moet zorgen voor goed onderwijs, veiligheid, en meer banen.
De overheid is de regering, het politieke bestuur van het land.

parlement, het

Het parlement was boos op de minister.
Een parlement is een groep mensen die de bevolking vertegenwoordigt. De bevolking van een land kiest het parlement.

polder, de

De polder is het stuk land tussen de dijken, waar vroeger water was.
Een polder is een stuk land dat is drooggemaakt. Vroeger was er water, nu is het droog land.

Protestants, protestanten

In Nederland zijn veel protestantse kerken.
Protestanten zijn mensen met een christelijk geloof. In Noordwest Europa zijn veel protestanten.

Randstad, de

In de Randstad wonen en werken veel mensen.
Met de Randstad bedoelen we de steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht en de kleine steden die ertussen liggen.

regering,de

De regering van Nederland zit in Den Haag.
Een regering is het politieke bestuur van een land.

republiek, de

Nederland was vroeger een republiek.
Een republiek is een staat zonder koning. De leider van de staat wordt gekozen. De macht gaat niet van de leider naar zijn kinderen.

rijk, het

Nederland was vroeger deel van een groot rijk.
Een rijk is een gebied van veel landen met dezelfde koning. Het rijk van de Spaanse koning was heel groot.

scheiding tussen kerk en staat, de
In Nederland is er scheiding tussen kerk en staat. De kerk bemoeit zich niet met politiek.
De scheiding tussen kerk en staat betekent dat de kerk en de staat los staat van elkaar. De kerk heeft geen politieke macht.
begrip

schilder, de

De schilder maakt een schilderij van de koning.
Een schilder is iemand die schilderijen maakt. Hij gebruikt verf op een papier of doek.

schilderij, het

Het bekendste schilderij in Nederland is ‘De Nachtwacht’.
Een schilderij is een tekening die gemaakt is met verf.

slaaf, de

De slaaf werd slecht behandeld en moest hard werken.
Een slaaf is iemand die niet vrij is. Hij moet werken, maar hij krijgt geen geld.

slachtoffers, de

De oorlog maakte veel slachtoffers: doden en gewonden.
Een slachtoffer is iemand die gewond of gedood is door geweld.

staat, de

De Nederlandse Staat moet de rechten van de bevolking respecteren.
De staat is de politieke organisatie van een land. De staat is bijna hetzelfde als de overheid of de regering.

stemmen

Lange tijd mochten vrouwen niet stemmen,
Stemmen is kiezen bij politieke verkiezingen. Je stemt
hij stemt
hij stemde
hij heeft gestemd

Tweede Wereldoorlog, de

De laatste oorlog in Nederland was de Tweede Wereldoorlog.
In de Tweede Wereldoorlog was bijna de hele wereld in oorlog. Nederland werd bezet door Duitsland van 1940 tot 1945.

V.O.C., de

De V.O.C. had veel schepen.
De V.O.C. was een bedrijf in de Gouden Eeuw. De V.O.C. maakte schepen en ging naar Azië voor de handel in kruiden.

veeteelt, de

Deze boer heeft veeteeltbedrijf Hij heeft veertig koeien en veel varkens.
De veeteelt is het werk van boeren. Zij houden koeien, varkens of schapen.

verdedigen

De soldaten moesten het land verdedigen.
Als je iets verdedigt, dan probeer je het te beschermen.

verdeeld

Europa was verdeeld in Oost-Europa en West-Europa.
Als iets is verdeeld, dan zijn er twee of meer delen.

vluchteling, de

Een vluchteling zoektt vrijheid en weiligheid in een nieuw land.
Een vluchteling is iemand die naar een ander land reist omdat er geen veiligheid is in zijn eigen land.







Create Date : 05 มกราคม 2553
Last Update : 27 สิงหาคม 2553 0:52:49 น.
Counter : 1637 Pageviews.

0 comments

NuiErnik
Location :
  

[ดู Profile ทั้งหมด]
 ฝากข้อความหลังไมค์
 Rss Feed
 Smember
 ผู้ติดตามบล็อก : 10 คน [?]





มกราคม 2553

 
 
 
 
 
1
3
6
7
8
9
10
11
14
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
 
 
All Blog